Dus riepen ze Rebekka en vroegen haar:

‘Wil je met deze man meegaan?’ ‘Ja,’ antwoordde ze. Toen namen de familieleden afscheid van Rebekka, en ook van haar voedster en van Abrahams knecht en zijn mannen. Daarbij zegenden ze Rebekka met de woorden:

‘Zuster van ons, wij wensen jou duizend maal tienduizend nazaten toe, en moge de stad van de vijand hun in handen vallen.’ Rebekka en haar dienaressen maakten zich klaar, bestegen de kamelen en reden achter de knecht aan. Zo vertrok hij, met Rebekka.

Isaak, die in de Negev woonde, was naar de bron Lachai-Roï geweest. Tegen het vallen van de avond ging hij het veld in om daar te treuren. Toen hij opkeek zag hij plotseling kamelen naderen. Ook Rebekka keek op. Zodra ze Isaak zag, liet ze zich van haar kameel glijden. ‘Wie is die man die ons daar in het veld tegemoet komt?’ vroeg ze aan de knecht. ‘Dat is mijn meester,’ antwoordde hij. Daarop bedekte ze zich met haar sluier. De knecht vertelde Isaak wat hij allemaal gedaan had. Daarna bracht Isaak Rebekka naar de tent van Sara, zijn moeder. Hij nam haar tot vrouw en ging van haar houden. Zo vond Isaak troost na de dood van zijn moeder.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Genesis 38:24-30 Juda en Tamar 3
Genesis 50:22-26 Jozefs dood
Genesis 45:1-9 Jozefs broers opnieuw in Egypte 7
Genesis 7:1-16 Noach 2
Genesis 22:1-14 Abraham op de proef gesteld 1
Genesis 21:22-34 Bondgenootschap met Abimelech
Genesis 27:1-19 Jakob ontneemt Esau de zegen 2
Genesis 21:1-13 Isaak en Ismaël 1
Genesis 39:9-20 Jozef en de vrouw van Potifar 2
Genesis 17:15-27 Verbond tussen God en Abram 2
Genesis 20:1-7 Abraham en Sara bij Abimelech 1
Genesis 5:1-20 Van Adam tot Noach 1
Genesis 22:15-19 Abraham op de proef gesteld 2
Genesis 28:1-9 Jakob ontneemt Esau de zegen 5
Genesis 24:1-14 Een vrouw voor Isaak 1
Genesis 44:24-34 Jozefs broers opnieuw in Egypte 6
Genesis 6:5-22 Noach 1
Genesis 36:1-19 Nakomelingen van Esau 1
Genesis 29:1-14 Jakob bij Laban 1
Genesis 15:1-11 Abrams visioen 1
Genesis 34:1-12 Dina en Sichem 2
Genesis 33:18-20 Dina en Sichem 1
Genesis 27:20-33 Jakob ontneemt Esau de zegen 3
Genesis 32:2-16 Jakob oog in oog met Esau 1
Genesis 31:1-16 Jakob bij Laban 7
Genesis 37:12-25 Jozef verkocht en naar Egypte geb...
Genesis 32:23-33 Jakob oog in oog met Esau 3
Genesis 23:10-20 Koop van een familiegraf 2
Genesis 16:1-16 De geboorte van Ismaël
Genesis 39:21-23 De dromen van schenker en bakker ...
Genesis 22:20-24 Nakomelingen van Nachor
Genesis 3:14-24 De tuin van Eden 4
Genesis 12:1-9 Abram naar Kanaän
Genesis 32:17-22 Jakob oog in oog met Esau 2
Genesis 30:1-18 Jakob bij Laban 4
Genesis 34:25-31 Dina en Sichem 4
Genesis 42:29-38 Jozefs broers in Egypte 3
Genesis 5:21-32 Van Adam tot Noach 2
Genesis 41:47-57 De droom van de farao 4
Genesis 23:1-9 Koop van een familiegraf 1
Genesis 19:15-26 Sodom en Gomorra 5
Genesis 35:16-29 Jakob opnieuw in Betel 2
Genesis 41:1-16 De droom van de farao 1
Genesis 48:13-22 Jakobs levenseinde 3
Genesis 48:1-12 Jakobs levenseinde 2
Genesis 50:15-21 Jakobs levenseinde 7
Genesis 49:16-33 Jakobs levenseinde 5
Genesis 9:18-29 Noach 7
Genesis 24:31-44 Een vrouw voor Isaak 3
Genesis 30:33-43 Jakob bij Laban 6
Genesis 11:10-26 Van Sem tot Abram
Genesis 28:10-22 Jakobs droom in Betel
Genesis 11:1-9 Babel
Genesis 50:1-14 Jakobs levenseinde 6
Genesis 42:18-28 Jozefs broers in Egypte 2
Genesis 47:15-27 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 47:28-31 Jakobs levenseinde 1
Genesis 7:17-24 Noach 3
Genesis 29:31-35 Jakob bij Laban 3
Genesis 9:1-17 Noach 6
Genesis 49:1-15 Jakobs levenseinde 4
Genesis 13:2-18 Scheiding tussen Abram en Lot
Genesis 43:15-25 Jozefs broers opnieuw in Egypte 2
Genesis 6:1-4 Vermenging van goden en mensen
Genesis 3:1-13 De tuin van Eden 3
Genesis 10:1-20 Nakomelingen van Noachs zonen 1
Genesis 27:34-46 Jakob ontneemt Esau de zegen 4
Genesis 37:26-36 Jozef verkocht en naar Egypte geb...
Genesis 38:1-14 Juda en Tamar 1
Genesis 38:15-23 Juda en Tamar 2
0Shares